De klager heeft als standpunt dat de beklaagde zich niet hield aan de erecode van de branchevereniging.
De commissie heeft aangemerkt dat de woning van de klager en het huis van de kopers gelijktijdig bij de beklaagde te koop stonden. De beklaagde geeft aan dat de huizen door verschillende medewerkers van het kantoor werden verkocht. De commissie geeft aan dat de beklaagde een rechtspersoon is en stelt vast dat de makelaar in strijd heeft gehandeld met de erecode van de desbetreffende branchevereniging.
Deze code vereist onder meer dat de makelaar geen nieuwe opdracht aanneemt die in strijd is met het belang van de huidige opdrachtgever, zonder daarover overleg te plegen. De makelaar heeft nagelaten dit overleg te voeren met de oorspronkelijke opdrachtgever, wat tot de schijn van belangenverstrengeling heeft geleid.
Als sanctie heeft de commissie een berisping opgelegd aan de makelaar. Daarnaast moet de makelaar het klachtengeld en een bijdrage in de behandelingskosten aan de klager vergoeden.