Casus
Klager verwijt de Makelaar dat hij door de handelwijze van de Makelaar schade heeft geleden. De omvang van die schade bedraagt het verschil tussen de na doorverkoop gerealiseerde opbrengst (€ 450.200 + € 155.000 = € 605.200) van twee objecten en de door hem ontvangen koopsom (€ 545.000). Het verschil bedraagt mitsdien € 60.200.
In zijn klaagschrift stelt Klager voor tenminste € 50.000 te zijn benadeeld. Hij stelt verder dat hij de constructie die door de Makelaar voor de investeerder is geregeld, ook graag had gewild. Klager verwijt de makelaar verder meerdere belangen te hebben gediend die niet met elkaar verenigbaar zijn.
De beoordeling
Het tuchtcollege kan er niet aan voorbij dat Klager bij de verkoop aan investeerder aanmerkelijke voordelen heeft genoten zoals een aankoop zonder financieringsvoorbehoud, een afname op uiterst korte termijn, een woonrecht over bijna vijf maanden en de huuropbrengst uit één van de twee objecten ook over vijf maanden.
De kadastrale splitsing en de fysieke loskoppeling van beide woningen alsmede het maken van een aansluiting op eigen nutsvoorzieningen zijn door investeerder geregeld. Derhalve maakt de investeerder een bescheiden winst, mogelijk gelijk aan het nadeel dat Klager zegt te lijden, maar die winst lijkt een rechtvaardige beloning voor geïnvesteerde gelden en genomen risico.
Het geheel overziend is het tuchtcollege dan ook van oordeel dat de Makelaar zijn opdrachtgever zeer naar behoren heeft bediend. Daarnaast heeft hij aandacht gehad voor de belangen van derden. De gedragingen van de Makelaar beantwoorden dan ook volledig aan de norm van een goed en eerlijk makelaar. Het Tuchtcollege Makelaardij Nederland beslissende bij wege van bindend advies verklaart de klacht ongegrond en daarom is er geen aanleiding voor het treffen van enige maatregel.